Eerder schreef ik in de nieuwsbrief van afgelopen februari een stukje over sugar snaps: peulvruchten uit de erwtenfamilie die van koel weer houden en aan het begin van de zomer geplukt kunnen worden. Wanneer de erwtachtigen zijn afgelopen komen de eerste bonen en die gaan door tot in oktober.
Met bonen bedoel ik bruine bonen, Phaseolus vulgaris, dus sperzieboontjes, snijbonen, spekbonen en droge bonen zoals bruine boon, witte boon en allerlei kleurvarianten. Ook sperzieboontjes kunnen paars zijn, alleen worden die groen als je ze kookt. Zelf kweek ik na wat geëxperimenteer spekbonen (Neckarkönigin) om groen te eten en Fazantenoogjes (Oeuil de Perdriz) om te drogen. Bruine bonen zijn gedeeltelijk kruisbestuivend, en dat heb ik gemerkt doordat paarse snijbonen zich vermengen met de fazantenoogjes – zie de foto. Niet handig als je zelf zaaizaad bewaart. De combinatie van Neckarkönigin (die ik koop bij de Welkoop) met Fazantenoogjes geeft wat dat betreft geen problemen.
Deze rassen worden aan stokken geteeld en geven een goede productie gedurende langere tijd. Anders dan snijbonen worden spekbonen niet taai en kun je ze dus zo groot laten worden als je zelf wilt; heb je er heel veel dan pluk je ze gewoon wat eerder/kleiner. Je kunt ze in een plastic zak in de koelkast ca een week bewaren. De droge bonen pluk je zodra de peul verlept, en laat je in huis nadrogen. Pas daarna doppen en een paar dagen in een dichte zak in de diepvries tegen bonenkevers.
Bonenplanten houden van warmte en kunnen pas na half mei de tuin in. Ik zaai ze altijd binnen voor, omdat ze dan veel beter kiemen. Mijn ervaring is dat Neckarkönigin slecht kiemt en de zaden gauw gaan rotten. De zaden worden daarom eerst ingeweekt in een laagje lauw water met een klein drupje bleekwater. Na een dag zijn ze volgezogen met water en leg ik ze op vochtig keukenpapier op een warme plek. Ze kiemen dan binnen 2 dagen en ik plant ze zodra het worteltje verschijnt, in diepe zaaimodules met een open bodem (Rootrainers) binnen op een lichte plek. Na 2-3 weken worden ze buiten gezet, ze worden dan te groot en gaan in elkaar slingeren. Begin dus niet eerder dan eind april met zaaien!
Ik zet er 6 bij elkaar bij een tonkinstok van 3 meter. Ik bouw daarvoor een frame van twee rijen rechtopstaande stokken die ik bovenlangs verbind met extra stokken. Zo hebben de toppen extra veel ruimte. Stikstofmest is niet nodig, dat halen ze zelf uit de lucht, wel wat P en K geven, bv tomatenmest.
Ik heb ieder jaar wel last van zwarte bonenluis, die door mieren worden verspreid. Deze luizen bestrijd ik zodra ik ze zie met een biologisch middel op basis van vetzuren. In erg hete zomers kun je soms ook last hebben van bonenspintmijt, daar kun je helaas weinig tegen doen.
Wil je de Fazantenoogjes ook proberen, stuur me een berichtje op info(at)wageningen.groei.nl, dan kun je wat zaaizaad komen halen.
Leontine Colon
op de foto: verse spekbonen Neckarkönigin (links) en gedroogde fazantenoogjes met erboven de bruine boon die ontstond uit een onbedoelde kruising (rechts)